Verander van taal :

Automatische egalisatie van parallelliteitsfouten,
1e zwevend lager, 2e vast lager
Bij systemen met twee parallelle geleidingen moet één kant als zwevend lager worden ontworpen. Voor elke montagepositie, horizontaal, verticaal of lateraal, is er een geschikte oplossing. Deze installatiemethode voorkomt stijfheid of vastlopen van de geleiding bij parallelliteitsafwijkingen tussen de geleidingen. Het zwevend lager wordt gerealiseerd door de gecontroleerde uitbreiding van de speling in de richting van de verwachte parallelliteitsafwijking. Hierdoor ontstaat een extra vrijheidsgraad aan één zijde.
Bij de installatie is het belangrijk dat het zwevende lager in beide richtingen ongeveer evenveel speling heeft. Het ontwerp van het vaste zwevend lager dat door ons wordt aanbevolen, is te zien in onderstaande illustraties. De verbindingsvlakken voor de geleidingen en de wagens moeten goed vlak zijn (bijv. gefreesd oppervlak) om spanning in het systeem te voorkomen. Kleine oneffenheden in de verbindingsvlakken kunnen tot op zekere hoogte worden gecompenseerd door zwevende lagers.

Zwevend lager, selecteerbaar in alle richtingen (+/- 1 mm), compenseert uitlijnfouten en parallelliteit.
Gebruikers kunnen het installatiewerk verminderen met het drylin® W vierkante profiel. Zwevende lagers, welke in alle richtingen (+/1 mm) geselecteerd kunnen worden, compenseren uitlijnfouten en parallelliteit tussen de rails. Vastlopen, wat anders alleen kan worden voorkomen door het tijdrovende parallel uitlijnen van het systeem, kan worden uitgesloten.
Hoewel drylin® W een profielrailsysteem is, kunnen hoekfouten rond de x-as worden gecompenseerd. Hiervoor is een hoek van +/- 7° beschikbaar. Dit elimineert effectief de vervormingen die bekend zijn bij de montage van plaatmetalen onderdelen.

De 2:1-regel,
1e zwevend lager, 2e vast lager
Voor een succesvol gebruik van onderhoudsvrije drylin® lineaire glijlagers moeten enkele aanbevelingen in acht worden genomen**:** Als de afstand tussen de aandrijfkracht en het vaste lager meer dan twee keer zo groot is als de lagerafstand (2:1-regel), dan leidt een statische wrijvingscoëfficiënt van 0,25 theoretisch tot vastlopen van de geleiding.
Het principe is niet afhankelijk van de last of de aandrijfkracht. Het is een product van de wrijving en heeft altijd betrekking op het lokaliserende lager. Hoe verder de aandrijving verwijderd is van het lager van het geleidingslager, hoe groter de slijtage en de benodigde aandrijfkracht.
Als de 2:1 regel niet wordt nageleefd bij het gebruik van lineaire glijlagers, dan resulteert dit in ongelijkmatige beweging of zelfs blokkering van het systeem. Dit kan vaak worden verholpen met relatief eenvoudige aanpassingen.
Als u vragen hebt over het ontwerp en/of de installatie, neem dan contact op met onze toepassingsadviseurs.

Bereikbaarheid: Maandag t/m vrijdag: 8:00 - 17:00 uur
Webshop: 24/7
Chat-service: Maandag t/m vrijdag 8:00 - 17:00 uur