Ontwerp: Kabelselectie Let bij het selecteren van kabels op bijzonder goede slijtage- en glij-eigenschappen. Het ideale mantelmateriaal is TPE. Aanbeveling: chainflex® kabel CF9
Speciale afgeschermde kabels voor gebruik in de twisterband zijn in voorbereiding. Neem contact met ons op als het gebruik van afgeschermde kabels noodzakelijk is.
Ontwerp: vulling
twisterband versie met sluiting:TB20.44.18.x.01.0 | TB30.75.22.x.01.0
A = kabel scheiden met scheiders
B = kabel invoeren gesorteerd op diameter of buigradius. Breng dunnere, kleinere kabels naar binnen en grotere naar buiten.
C = Niet meer dan twee kabels boven elkaar. 10% van de grootste diameter of min. 1 mm
D = Tussen alle kabels 10% van de grotere diameter of min. 1 mm
E = Tussen kabel en scheiders 10% van de grootste diameter of min. 1 mm
twisterband versie met Easy sluiting: TB12.23.09.x.01.0 | TB20.44.12.x.01.0
A = Plaats de kabel gesorteerd op diameter of buigradius. Leg de dunnere, kleinere kabels naar binnen en de grotere naar buiten.
B = Tussen alle kabels min. 1 mm of 10% van de grootste diameter => Ø B
C = Niet meer dan 2 kabels boven elkaar. min. 1 mm of 10% van de grootste diameter
Montage: montagebeugel
1. Duw de twisterband tussen de stalen delen.
2. Bevestig de twisterband aan het verbindingselement door deze vast te schroeven.
Montage: Geleidingsas
Gebruik in verticale installatiepositie vanaf een draaihoek van 1500° een gecentreerde as als geleiding.
Gebruik bij horizontale installatie altijd een centrische as als steun.
Bevestiging: trekontlasting
- Ontlast de kabels aan beide uiteinden - Zorg ervoor dat de knoop van de kabelbinder niet in de richting van de energieketting wijst
Eindpositie:
De twisterband mag niet naar het uiteinde worden gedraaid. Om de kabel niet te veel te belasten, moet voor elk bevestigingspunt een reserve van minstens 90° worden gepland.